Donderdag 15 juni 2017. Na twee volle dagen (drie nachten) in de rustige baai van Sóller gaan we weer ankerop. Zonder een spat wind varen we de baai uit en gaan richting oost de zee op. Het is helemaal glad water en we raken knap oververhit in de hete zon. Uiteindelijk zetten we tijdens het varen maar onze strandparasol op in de kuip; ziet er niet uit maar we hebben tenminste een beetje schaduw. We ronden de mooie kapen Punta Beca, Punta Topina en dan de noordelijkste punt van Mallorca: Cabo de Formentor.
We varen de baai binnen en juist als we de mooring op willen pikken komt er een fikse valwind over de baai: ouderwets ploeteren weer om de lijn door het oog van de boei te krijgen dus. Uiteindelijk lukt dat met de hulp van twee marineros die ons tegemoet gevaren zijn.
We liggen wel weer in een prachtige en stille omgeving hier. Vrijdag redelijk op tijd de bijboot aan dek en los van de mooring. Bedoeling is dat we een paar dagen in Alcudia gaan verblijven (10 mijl verderop) om van daar uit het eiland te gaan verkennen. In Alcudia eerst diesel getankt en dan horen we dat er geen plaats is voor “visitors” in deze haven. Naar ons idee is er plaats genoeg, maar jammer dan, nee is nee en we komen er niet in. We varen de 10 mijl weer in tegengestelde richting en iets voorbij de ankerplaats ligt de havenplaats Pollença. Hier krijgen we een prominente plaats aan de kaai (wel tegen een prijs van € 105,00 per nacht, inclusief zwembad, luxe douches en plenty restaurants) en kunnen we twee dagen blijven.
We huren hier een auto voor de zaterdag en samen met de Jonas rijden we de schitterende kustweg (MA-10) aan de noordkant van Mallorca, dwars door het nationaal park.
Een prachtige weg slingert ons door de bergen en brengt ons naar een “koffiestop” in Can Palou met een terras dat hoog in de bergen uitziet over port Sóller en de zee: we zijn er stil van.
Van daaruit omlaag via Sóller richting Palma, inclusief de lange toltunnel door de Col de Sóller. We vinden in Palma een parkeerplaats in alle hete drukte en gaan verder te voet de stad in. Palma “ademt” rijkdom uit, geweldig grote huizen, de kathedraal, enorme jachten in de haven en –uiteraard- de prijzen op het terras liegen er ook niet om.
Wel eten we bij een Italiaan lekker knoflookgarnalen en spoelen dat weg met grote glazen koud bier. De stad is afgeladen vol met toeristen en het is een drukte van jewelste daar. Moe gelopen rijden we met de auto over de snelweg naar Alcudia en van daaruit langs de kust naar Pollença. We leveren de auto weer in, maar niet voordat we bij de Carefour “gewichtige” boodschappen in de auto nemen (bier, wijn, water); hoeven we niet te sjouwen. Zondag 18 juni vertrekken we vanuit de haven naar de baai van Formentor, enkele mijlen verderop. Daar pikken we voor twee nachten een mooring op in de schitterende baai, dus zwemmen, luieren, zonnen, eten, drinken…het leven is zo slecht nog niet. Dinsdag 20 juni gaan we al vroeg los van de mooring voor de 35 mijl naar het volgende Balearen-eiland: Menorca. In de baai de zeilen al gezet en met weinig wind en een duwtje in de rug van de Volvo schieten we lekker op. Rond 14.00 uur varen we de haveningang van Ciudadela binnen.
Keurig opgevangen door een marinero meren we af (met de kont naar de wal) in de luxe haven van de Club Nautico de Ciudadela. Meteen wel € 124,00 (!!!!) afgetikt voor één nacht, maar ja, dan heb je ook wat!!! Overigens, de marinero geeft aan dat hij slechts voor een nacht plaats heeft voor ons, dit in verband met de San Juan-feesten. Nou, voor een dergelijk bedrag waren we toch al niet voornemens een extra nacht te blijven, dus we begrijpen elkaar weer prima. We wandelen ’s-avonds -als het niet meer zo bloedheet is- nog door het stadje: zeer zeker de moeite waard, inclusief de koele glazen op het terras.
Woensdag eerst nog naar de super nabij de jachthaven en dan kiezen we zee richting noordkant van Menorca. Er staat weer geen spat wind en het is heet, heet en nog eens heet! We motoren in onze blote bast om Cabo Cavalleria heen en varen de Bahia de Fornells in, een diep landinwaartse baai met een verscheidenheid aan anker- en mooringplaatsen.
We varen voorbij het plaatsje Fornells en ankeren in erg ondiep water (3 meter). De ankergrond is slecht, dunne modder met zeegras en wier bedekt, daar komen we de derde avond achter. Met een fikse wind zitten we op de Aveline samen met de Jonas en de Geluxvogel aan de borrel als de Jonas ineens wel heel erg dichtbij komt: het anker van de Aveline houdt het gewicht niet, ondanks dat we op dit ondiepe water 20 meter ketting hebben gestoken. Snel handelen van de drie bemanningen voorkomt dat we de Jonas raken en we doen een nieuwe ankerpoging een stukje verder, op iets dieper water tot we weer liggen als een huis. In de dagen dat we aan het anker liggen verkennen we de baai met de Zodiac, zwemmen weer en bezoeken we het kleine mooie witte dorp Fornells. Ook hier is het uitstekend eten en drinken geblazen en er is altijd wel ergens een terras in de schaduw te vinden waar het goed toeven blijkt.
Zondag 25 juni 2017 gaan we ankerop. De aankomende dagen wordt er veel wind verwacht en dan willen we wat meer beschut liggen. We kiezen voor de havenplaats Mahon in het zuidoosten van Menorca. Met 18-20 knopen wind op de kop varen we de baai uit, we hobbelen het eerste stuk flink (water aan dek!) maar voorbij de Cabo kan de fok erbij en legt de Aveline zich op haar kant en vaart rustig richting zuid. We genieten van de fraaie rotspartijen die dit deel van Menorca rijk is en in alle rust lopen we de diepe baai van Mahon binnen.
Helemaal achteraan, voorbij de ligplaatsen voor de “superjachten” ligt een grote drijvende vlonder waar we afmeren. Er is water, elektra, en zelfs een “douche” (vlechtscherm-hokje op foto hieronder), maar voor een boodschap moeten we met de Zodiac naar de kant. In Mahon gonst het ook van de toeristen, maar het oude deel van deze oude marinestad is prachtig. Ook de fortificaties bij de ingang van de haven zijn goed bewaard gebleven en de moeite waard. Hier zullen we –in afwachting van minder wind- zeker een kleine week blijven voordat we over kunnen steken naar Italië. Maar, ook dit is hier zeker geen straf!